Tenerife

In een nachtje varen we van Lanzarote naar Santa Cruz de Tenerife. We gaan echt harder met de nieuwe schroef. In Santa Cruz de Tenerife beginnen we aan de eindeloze lijst met klussen voor de oversteek. We geven de motor een beurt, checken de verstagingen en we doen een eerste serie boodschappen voor alle houdbare spullen.

Omdat we ook wat van het eiland willen zien, huren we twee dagen een auto. We verkennen een dag het noordelijke deel van het eiland. Dat is heel groen en we maken een mooie wandeling door de bergen. De tweede dag gaan we in alle vroegte naar de Teide. De kaartjes voor de kabelbaan waren al uitverkocht en de wandelroutes bovenop zijn dicht vanwege de sneeuw, maar we hebben een wandeling langs een soort natuurlijke lavasculpturen uitgezocht. Die schijnt alleen redelijk toeristisch te zijn, maar omdat we zo vroeg zijn, is het heerlijk rustig en uitzonderlijk stil. Op de boot is er altijd wel iets dat geluid maakt. Het is ook koud. Volgens de auto maar 2°C. De wandeling is indrukwekkend. Net als de wandeling die we later op de dag maken rond de meest recent uitgebarsten (in 1909) vulkaan van Tenerife.

Langs de kust van Tenerife varen we naar San Miguel. We zitten midden in de acceleratiezone en we trekken het ene na het andere rif erin. Dat maakt het zeilen rondom de Canarische eilanden verraderlijk. Er was namelijk eigenlijk geen wind voorspeld, maar door de hoogte van de eilanden ontstaat er wind. Je krijgt tien tot twintig knopen cadeau in deze zones. We klokken 10,4 knopen op het log van Puffin. Een record zonder stroming. Aangekomen in San Miguel staat er meteen een nieuwe les op het programma. Aanmeren op zijn Canarisch…. Je pikt bij de steiger twee geleidelijntjes op die onderwater verbonden zijn met dikke lijnen naar betonblokken. Die dikke lijnen kan je als landvasten gebruiken. Best een oké systeem, als is de ons toegewezen box een beetje kort, waardoor we de lijnen heel strak moeten leggen zodat we bij laag water niet tegen de steiger drijven.

In San Miguel is het beter weer en gaan we schilderen. We hebben wat kleine plekjes en na ons opknapavontuur, willen we roest tegenhouden voordat het echt voor problemen kan gaan zorgen. We beginnen ook aan een extra zonnetentje. Maar door de wind klappert de mal steeds stuk. Dat stellen we dus maar even uit. In San Miguel ligt ook de Awa. Zij hebben net een paar dagen een lasser aan boord gehad om hun kuip te repareren en zijn dus ook druk aan het schilderen. We eten een paar keer samen en doen een avond spelletjes. Heel gezellige afwisseling met het klussen.

Vanuit San Miguel varen we weer een nachtje door. Met onze nieuwe, hogere gemiddelde snelheid, moeten we niet te vroeg weg, want dan komen we in het donker aan op ons laatste eiland voor de Atlantische oversteek: El Hierro. Bij het vertrek maakt de schroefas een beetje een vreemd geluid. Maar alleen als hij in zijn stationair vooruit staat, dus durven we het wel aan. We komen aan in La Restinga op El Hierro, waar opnieuw de havenmeester op vakantie is. Voor een nachtje mogen we wel tegen de muur liggen. Niet heel handig, want de muur is zo hoog dat we (behalve op hoog water) eigenlijk niet van de boot af kunnen zonder halsbrekende toeren uit te halen. Het is wel een schattig dorpje en iedereen is supervriendelijk, maar een dag later varen we dan toch naar de grotere haven van La Estaca. Hier gaan we de oversteek voorbereiden!